PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MAATSCHAPPELIJKE INTEGRATIE, ARMOEDEBESTRIJDING EN SOCIALE ECONOMIE
20 FEBRUARI 2008. - Omzendbrief betreffende de verblijfsregularisatie om medische redenen en de invloed daarvan op het recht op maatschappelijke dienstverlening
Mevr. de Voorzitster, Mijnheer
de Voorzitter, Aan de dames en heren Voorzitters van de openbare centra voor maatschappelijk
welzijn 1. Inleiding Artikel 9 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang
tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen werd gewijzigd.
Dit artikel diende als basis voor een verblijfsregularisatie. Artikel 9 bestond uit 3 leden.
Overeenkomstig het derde lid kon een aanvraag tot verblijfsregularisatie om buitengewone redenen worden
ingediend terwijl de persoon zich reeds op het grondgebied bevond. De wet van 15 september 2006
(B.S. 6 oktober 2006) heeft dit lid opgeheven en heeft twee nieuwe artikelen ingevoegd : artikel 9bis
en artikel 9ter. Artikel 9bis heeft betrekking op de verblijfsregularisatie op basis van buitengewone
omstandigheden en artikel 9ter om medische redenen. Deze artikelen zijn op 1 juni 2007 in werking
getreden. De vroegere aanvragen ingediend op basis van artikel 9, derde lid, worden nog steeds
behandeld volgens de oude regeling. Tijdens het onderzoek in het kader van deze oude procedure hebben
de betrokkenen geen recht op maatschappelijke dienstverlening (1) 2. Artikel 9bis : buitengewone
omstandigheden 2.1. Definitie De aanvraag voor een verblijf langer dan drie maanden
kan in België worden ingediend in geval van buitengewone omstandigheden waardoor een terugkeer naar het
land van herkomst onmogelijk of zeer moeilijk is. 2.2. Procedure De vreemdeling die
in België verblijft, moet zijn aanvraag tot verblijfsvergunning om buitengewone omstandigheden bij de
gemeente indienen. De gemeente zal binnen de 10 dagen een woonstcontrole verrichtten : -
indien het onderzoek negatief is, zal de gemeente een beslissing tot « nietinoverwegingname » nemen.
In dit geval wordt een kopie van de beslissing van de gemeente bezorgd aan de Dienst Vreemdelingenzaken.
De vreemdeling ontvangt een beslissing tot nietinoverwegingname (bijlage 2 bij de omzendbrief van 21
juni 2007 van de Minister van Binnenlandse Zaken betreffende de wijzigingen in de reglementering betreffende
het verblijf van vreemdelingen tengevolge van de inwerkingtreding van de wet van 15 september 2006); -
indien het onderzoek positief is, wordt de aanvraag bezorgd aan de Dienst Vreemdelingenzaken met eventuele
adviezen of opmerkingen van de gemeente. De burgemeester of zijn afgevaardigde overhandigt aan de aanvrager
een attest van ontvangst van de aanvraag. Dit attest heeft geen enkele invloed op de verblijfsituatie
van de aanvrager. De Dienst Vreemdelingenzaken kan drie soorten beslissingen nemen : 1)
indien er geen enkele buitengewone omstandigheid is of indien de identiteitsdocumenten niet bij de aanvraag
zijn gevoegd of indien niet wordt medegedeeld waarom deze documenten ontbreken, verklaart de Dienst Vreemdelingenzaken
de aanvraag onontvankelijk; 2) wanneer de argumenten ten gronde worden verworpen, wordt de aanvraag
ongegrond verklaard; 3) wanneer aan alle vereiste voorwaarden is voldaan, verklaart de Dienst
Vreemdelingenzaken de aanvraag ontvankelijk en gegrond en deelt aan het gemeentebestuur de nodige instructies
mede voor de inschrijving in het vreemdelingenregister en de afgifte van een BIVR voor een beperkte duur
van één jaar, die kan worden verlengd. 2.3. Gevolg voor het recht op maatschappelijke dienstverlening Tijdens
het onderzoek van de aanvraag is er geen recht op maatschappelijke dienstverlening. Het recht op maatschappelijke
dienstverlening ontstaat pas nadat de aanvraag ontvankelijk en gegrond wordt verklaard. 3. Artikel
9ter : medische redenen 3.1. Definitie De aanvraag voor een verblijf langer dan drie
maanden kan in België worden ingediend indien de persoon op zodanige wijze lijdt aan een ziekte dat deze
ziekte een reëel risico inhoudt voor zijn leven of fysieke integriteit of een reëel risico inhoudt op
een onmenselijke of vernederende behandeling wanneer er geen adequate behandeling is in zijn land van
herkomst of het land waar hij verblijft. 2.2. Procedure 3.2.1. Indienen van de aanvraag In
tegenstelling tot de aanvragen voor een machtiging tot verblijf ingediend op basis van artikel 9bis van
de wet, moet deze aanvraag rechtstreeks ingediend worden bij de Dienst Vreemdelingenzaken, door middel
van een aangetekend schrijven. Deze aanvraag moet worden gericht naar de afgevaardigde van de
minister, waarbij de volgende documenten en inlichtingen moeten worden gevoegd : - ofwel een
kopie van het nationaal paspoort of van de identiteitskaart, ofwel de motivatie op basis waarvan de betrokkene
kan worden vrijgesteld van deze voorwaarde overeenkomstig artikel 9ter, § 1, derde lid, van de
wet van 15 december 1980; - een geneeskundig getuigschrift; - gelijk welke andere informatie
of gelijk welk nuttig document betreffende zijn ziekte, waarover hij beschikt op de datum van indiening
van de aanvraag; - het adres van zijn effectieve verblijfplaats. 3.2.2. De aanvraag
is onontvankelijk verklaard De aanvraag wordt onontvankelijk verklaard wanneer de documenten
en inlichtingen niet of slechts gedeeltelijk worden medegedeeld bij het indienen van de aanvraag of wanneer
deze aanvraag niet door middel van een aangetekend schrijven werd ingediend. 3.2.3. De aanvraag
is ontvankelijk verklaard Wanneer de aanvraag ontvankelijk wordt verklaard door de Dienst Vreemdelingenzaken,
wordt de aanvrager van een regularisatie op basis van artikel 9ter van voormelde wet van 15 december
1980 in het vreemdelingenregister ingeschreven en een attest van immatriculatie model A wordt hem afgeleverd. Tijdens
het onderzoek van de ontvankelijk verklaarde aanvraag bevindt de aanvrager van een regularisatie op basis
van artikel 9ter zich in een onzekere verblijfssituatie en aan dit verblijf kan op elk moment een eind
worden gemaakt. 3.2.4. Het onderzoek ten gronde van de aanvraag Wanneer aan alle vereiste
voorwaarden is voldaan, verklaart de Dienst Vreemdelingenzaken de aanvraag ontvankelijk en gegrond en
deelt aan het gemeentebestuur de nodige instructies mede voor de inschrijving in het vreemdelingenregister
en de afgifte van een BIVR voor een beperkte duur van één jaar, die kan worden verlengd. 3.3.
Gevolgen voor het recht op maatschappelijke dienstverlening 3.3.1. De aanvraag is onontvankelijk
verklaard Wanneer de aanvraag door de Dienst Vreemdelingenzaken onontvankelijk is verklaard,
heeft de betrokkene enkel recht op dringende medische hulp. 3.3.2. De aanvraag is ontvankelijk
verklaard Wanneer de aanvraag ontvankelijk werd verklaard, heeft de vreemdeling recht op maatschappelijke
dienstverlening vanaf de kennisgeving van de beslissing voor zover de andere bij de wet voorziene voorwaarden
vervuld zijn en zolang hij zich in deze onzekere verblijfsituatie bevindt. Dit recht vervalt zodra de
aanvraag ongegrond wordt verklaard. 3.3.3. De aanvraag is gegrond Indien de aanvraag
tot regularisatie om medische redenen gegrond is, bekomt de vreemdeling een machtiging tot verblijf en
heeft recht op maatschappelijke dienstverlening vanaf de kennisgeving van de beslissing en voor zover
de andere bij de wet voorziene voorwaarden vervuld zijn. 3.3.4. De aanvraag is ongegrond De
vreemdeling wiens aanvraag tot regularisatie om medische redenen niet gegrond is, heeft enkel recht op
dringende medische hulp. 3.4. Beroep ingesteld tegen een beslissing 3.4.1. Beroep tegen
de beslissing van niet-ontvankelijkheid Het beroep wordt ingesteld bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen.
Dit beroep is niet schorsend. De vreemdeling heeft nog enkel recht op dringende medische hulp
vanaf de kennisgeving van de beslissing van niet-ontvankelijkheid. Indien de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen
de beslissing van niet-ontvankelijkheid tenietdoet, wordt het dossier naar DVZ teruggezonden. 3.4.2.
Beroep tegen de ongegronde beslissing Het beroep wordt ingesteld bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen.
Dit beroep is niet schorsend. De vreemdeling heeft nog enkel recht op dringende medische hulp
vanaf de kennisgeving van de beslissing. Indien de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen de beslissing
tenietdoet, wordt het dossier naar DVZ teruggezonden. 4. Terugbetaling van de kosten van maatschappelijke
dienstverlening De kosten van de door de OCMW's toegekende maatschappelijke dienstverlening
zullen, in voorkomend geval, ten laste van de Staat vallen overeenkomstig de bepalingen van de wet van
2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de O.C.M.W.'s en binnen de grenzen
van het ministerieel besluit van 30 januari 1995. 5. Bevoegdheid De algemene regel
inzake territoriale bevoegdheid van de O.C.M.W.'s van artikel 1, 1° van de wet van 2 april 1965 betreffende
het ten laste nemen van de steun verleend door de O.C.M.W.'s is van toepassing. Het O.C.M.W.
van de gewoonlijke verblijfplaats is dus bevoegd om steun overeenkomstig de wettelijke bepalingen toe
te kennen. 5.1. Bijzonder geval van een asielzoeker wiens asielprocedure aan de gang is en die
een artikel 9ter-aanvraag heeft ingediend Het gaat hier om een asielzoeker die van materiële
hulp in een opvangstructuur geniet en die een artikel 9ter-aanvraag indient. 5.1.1. Beslissing
van niet-ontvankelijkheid van de artikel 9ter-aanvraag Er wordt geen attest van immatriculatie
afgeleverd en de aanvraag wordt niet ten gronde onderzocht. Het recht op materiële hulp in de
opvangstructuur blijft behouden tijdens de asielprocedure. 5.1.2. Beslissing van ontvankelijkheid
van de artikel 9ter-aanvraag Een attest van immatriculatie wordt afgeleverd en de aanvraag wordt
ten gronde onderzocht. De betrokkene heeft recht op materiële hulp of op financiële maatschappelijke
dienstverlening : - indien de betrokkene in een opvangstructuur blijft, heeft hij recht op materiële
hulp in de opvangstructuur; - indien de betrokkene de opvangstructuur verlaat, heeft hij recht
op financiële maatschappelijke dienstverlening bij het O.C.M.W. van zijn gewoonlijke verblijfplaats;
hij moet zijn inschrijving in het vreemdelingenregister aanvragen bij de gemeente van zijn gewoonlijke
verblijfplaats; wanneer de inschrijving in het vreemdelingenregister is opgenomen, wordt code 207 geschrapt. 5.1.3.
Beslissing van verwerping ten gronde van de artikel 9ter-aanvraag Het recht op materiële hulp
in de opvangstructuur blijft behouden tijdens de asielprocedure. Indien de betrokkene de opvangstructuur
heeft verlaten en de beslissing ten gronde over de artikel 9ter-aanvraag negatief is terwijl de asielprocedure
nog aan de gang is, heeft hij recht op materiële hulp en moet hij zich daartoe aanmelden bij de dispatching
van Fedasil. In het kader van zijn algemene opdracht moet het O.C.M.W. de betrokkene inlichten over het
recht op materiële hulp waarvan hij opnieuw kan genieten in de opvangstructuur. Het O.C.M.W. kan desnoods
het nodige doen opdat de betrokkene opnieuw recht zou hebben op materiële hulp in de opvangstructuur. Indien
de betrokkene de opvangstructuur heeft verlaten en de beslissing ten gronde over de artikel 9ter-aanvraag
negatief is terwijl de asielprocedure definitief is afgesloten, heeft hij geen recht meer op maatschappelijke
dienstverlening en kan hij onmogelijk de toepassing van artikel 7 van de opvangwet vragen aangezien hij
de opvangstructuur heeft verlaten. Hij heeft dus nog enkel recht op dringende medische hulp. 5.2.
Verlenging van de materiële hulp om medische redenen Het gaat hier om een asielzoeker wier asielprocedure
definitief is afgesloten, die zich in een opvangstructuur bevindt en die een artikel 9ter-aanvraag indient. 5.2.1.
Beslissing van niet-ontvankelijkheid van de artikel 9ter-aanvraag Er wordt geen enkel attest
van immatriculatie afgeleverd en de aanvraag wordt niet ten gronde onderzocht. 5.2.2. Beslissing
van ontvankelijkheid van de artikel 9ter -aanvraag Een attest van immatriculatie wordt afgeleverd
en de aanvraag wordt ten gronde onderzocht. De betrokkene heeft recht op materiële hulp of op
financiële maatschappelijke dienstverlening : - indien de betrokkene in een opvangstructuur
blijft, heeft hij recht op materiële hulp in de opvangstructuur; indien de betrokkene de opvangstructuur
verlaat, heeft hij recht op financiële maatschappelijke dienstverlening; hij moet zijn inschrijving in
het vreemdelingenregister aanvragen bij de gemeente van zijn gewoonlijke verblijfplaats; wanneer de inschrijving
in het vreemdelingenregister is opgenomen, wordt code 207 geschrapt; het O.C.M.W. van de gewoonlijke
verblijfplaats is bevoegd voor de toekenning van maatschappelijke dienstverlening overeenkomstig de wettelijke
bepalingen. 5.2.3. Beslissing van verwerping ten gronde van de artikel 9ter -aanvraag Het
attest van immatriculatie wordt ingetrokken en een bevel om het grondgebied te verlaten wordt betekend. Indien
de betrokkene de opvangstructuur heeft verlaten en de beslissing ten gronde over de artikel 9ter-aanvraag
negatief is terwijl de asielprocedure definitief is afgesloten, heeft hij geen recht meer op maatschappelijke
dienstverlening en kan hij onmogelijk de toepassing van artikel 7 van de opvangwet vragen aangezien hij
de opvangstructuur heeft verlaten. Hij heeft dus nog enkel recht op dringende medische hulp. 6.
Bijkomende informatie Er kunnen zich nog vragen stellen op andere gebieden die verband houden
met deze materie, zodat ik u naar de volgende websites verwijs : - over geneeskundige verzorging
: www.riziv.fgov.be - over arbeidsvergunningen : - www.portail.irisnet.be/.../home/travailler/travailler/comme/
ressortissant/etranger/permis/de/travail.shtml - www2.vlaanderen.be/werk/arbeidskaartC/duur.htm -
www.emploi.wallonie.be/THEMES/PERMIS TRAVAIL/ Travailleurs Etrangers.htm Hoogachtend. De
Minister van Maatschappelijke Integratie, Ch. DUPONT _______ Nota (1)
Wat niet belet dat de betrokkenen eventueel recht kunnen hebben op maatschappelijke dienstverlening op
een andere basis (bijvoorbeeld asielaanvragen ingediend voor 1 juni 2007).